Karl Heidemann is een baby met een overgevoelig gehoor. Het zachtste gefluister hoort hij hard, dagelijkse geluiden zijn onverdraaglijk. Slechts één ding verschaft hem rust en dat is de totale afzondering van de buitenwereld. En zo groeit hij ook op.
Dat dat catastrofale gevolgen heeft wordt duidelijk als hij als jongen zijn eigen idee van rechtvaardigheid en verlossing botviert op de dorpsbewoners; een bloedig spoor laat hij achter. Maar nooit vindt hij waar hij naar verlangt: liefde. Totdat hij op een schat stuit, een schat van vlees en bloed die alles verandert.