Mijnwerker Simon Ford, zijn vrouw en zoon wonen in een mijn die al een aantal jaren stilgelegd is. Tien jaar na dato stuiten zij op nieuwe steenkoollagen. Dit laten zij weten aan de voormalige opzichter, James Starr. Deze ontdekking leidt tot een reeks incidenten die gericht zijn tegen het opnieuw exploiteren van de mijn. Tussen de bedrijven door zijn er uitweidingen over het ontstaan van steenkool, de winning daarvan en technische ontwikkelingen. Zo ontstaat een tamelijk idyllisch beeld an het leven en wonen van de mijnwerkers op de bodem van de mijn.